Ook als je duurzaamheid op gaat nemen in de vorm van laagste kosten is het zaak goed vast te leggen wat je wilt bereiken en wat je daar al dan niet voor over hebt. Dit is nog niet zo eenvoudig dus ligt de verleiding om toch maar weer te grijpen naar een laagste prijs aanbesteding of een standaard met plan van aanpak op de loer.
Om duurzaamheid goed te benoemen moet je (dus) een goed zicht hebben op de prestaties van je assets en op de invloed die materiaalkeuzes en onderhoudsregimes hebben op de kosten. Voor de goede orde; prijs (veelal aanschafprijs) is slechts een onderdeel van de kosten van een asset. Daar waar assetmanagement zijn intrede heeft gedaan en gewerkt wordt met TCO is het eenvoudiger om duurzaamheid te introduceren, omdat je de duurzaamheidsvoordelen voor instandhouding kunt benoemen. Kortom juist in die aanbestedingen waar TCO de sleutel is voor het winnen of verliezen van een opdracht kan duurzaamheid op een structurele manier meegenomen worden in een aanbesteding.
Naar mijn idee is dit ook de bedoeling die achter het nieuwe gunningscriterium laagste kosten zit. Ik vind het jammer dat deze werkwijze niet eerder als uitgangspunt gekozen is maar beter laat dan nooit….. !
Door de (versnelde) introductie van duurzaamheid in het beheerproces komt er ook weer meer aandacht voor instandhoudingskosten en levensduur verlengend onderhoud. Daar waar voorheen vooral de grote nieuwbouwprojecten en de grote bedragen die hiermee gemoeid waren de interesse van de gemiddelde bestuurder kregen. Niet gek dus dat juist de beheer en onderhoudsmarkt zich al eerder met duurzaamheid is gaan bezighouden dan de nieuwbouwmarkt.
Ik zie kansen voor duurzaamheid nu levensduur verlenging ineens weer aandacht krijgt en nu ook duidelijk wordt dat nieuwbouw niet alleen hoge aanschafkosten met zich meebrengt maar dat materialen in toenemende mate schaars blijken te zijn.
Verwante berichten